Demo aanvragen
Terug naar overzicht

Woensdag 7 december 2011

Turbo liquidatie

Veel liquidaties, waarbij er wordt gewerkt naar een situatie dat er geen aan het bestuur bekende baten meer zijn, worden afgewikkeld als turbo liquidatie.

Daarbij wordt vergeten dat de bv een beklemd vermogen heeft en dat het op nul zetten van de bv, veelal tot gevolg heeft dat er een uitkering plaats heeft (die nietig is omdat deze ten laste van het beklemde vermogen wordt gebracht), of dat de bate wordt vervangen door een vorderingsrecht (en dan heb je weer een bate). Andere wijzen van op nul zetten (bijvoorbeeld door schenking of kwijtschelding), zijn veelal doeloverschrijdend. Alleen in de situatie dat er een verlies is dat even groot is als of groter is dan het eigen vermogen (en er geen baten op de balans staan), zal sprake kunnen zijn van een echte turbo. Als er sprake is van schulden, zullen deze de baten overtreffen, immers er zijn geen baten en dan moet de vereffenaar het faillissement aanvragen, tenzij de schuldeisers instemmen met afwikkeling buiten faillissement. Veelal zullen externe crediteuren niet geneigd zijn in te stemmen met een turbo.

Het probleem zit hem in timing: voor een turbo moet het zo zijn dat op het moment van ontbinding (het effectief worden van het ontbindingsbesluit) er geen baten meer zijn. Als je voor dat moment de bv op nul wil zetten, is de kapitaalbescherming nog volledig van toepassing en loop je tegen de bovengenoemde problematiek aan. Door een en ander te combineren, is het mogelijk van de turbo faciliteit te profiteren, zonder in strijd met het vennootschapsrecht te handelen. Dit heet de semi-turbo liquidatie en werkt in grote lijnen als volgt: de bv draagt haar gehele vermogen over aan de aandeelhouder(s), onder opschortende voorwaarde van het van kracht worden van het ontbindingsbesluit.

Bij de flexbv verdwijnt het beklemde vermogen (behoudens wettelijke of statutaire reserves) en deze kun je derhalve makkelijker op nul zetten, door het doen van een dividenduitkering.